Het historische "Rathhaus" wordt beschouwd als een uitstekend monument voor de economische bloeiperiode van de stad. Het is een laatgotisch steengroevegebouw van twee verdiepingen dat tussen 1545 en 1547 werd gebouwd. De prachtige renaissancegevel is het resultaat van een "modernisering" in de jaren 1580; het portaal werd gebouwd in 1859/60.
Het stadhuis werd gebruikt voor administratieve en representatieve doeleinden, maar ook voor raadsvergaderingen en rechtszittingen. Ceremoniële ontvangsten en feesten (waaronder bruiloften) werden ook gehouden in de drie originele Ratskeller pubs op de begane grond en in de grote raadzaal op de bovenverdieping. Last but not least werd het stadhuis ook gebruikt om brandbestrijdingsapparatuur en kleine wapens voor de verdediging van de stad op te slaan. Het huisvestte ook de vlaggen van het schuttersgilde en de winkels van de gilden en ambachten.
Op de bovenverdieping verzamelde, controleerde en bewaarde de 'Leggemeister' de canvas die in de stad werd geproduceerd. Op de zolder van het stadhuis werd ook het tiendengraan opgeslagen.
Het gemeentehuis herbergt tegenwoordig de burgerlijke stand. De drie Ratskeller pubs zijn vervangen door "de" Ratskeller. De gemeenteraad vergadert sinds 1977 in het nieuwe stadhuis aan de Rudolph-Brandes-Allee, waarvan de bouw noodzakelijk werd na de gemeentelijke herindeling (doorgevoerd op 1 januari 1969). Sindsdien vormt de "oude" zoutziederijstad Bad Salzuflen samen met de voormalige industriestad Schötmar en tien andere voorheen zelfstandige dorpsgemeenschappen de grote gemeente Bad Salzuflen.